De belangrijkste petroleumderivaten – diesel, benzine en huisbrandolie – zijn geen identieke producten. Elk product wordt ontwikkeld voor een welomschreven gebruik en de prijzen ervan zijn niet dezelfde.
De evolutie van de brandstofprijzen en van de stookolieprijzen wordt door de Staat omkaderd
De evolutie van de brandstofprijzen en van de stookolieprijzen in België volgt echter eenzelfde logica, nl. dat voor elk van die producten die van petroleum zijn afgeleid, de regering een maximumtarief vastlegt in lijn met de bepalingen die zijn voorzien in de programmaovereenkomst. De bazen van de pompstations noch de stookolieleveranciers mogen hun producten slijten tegen een prijs die hoger is dan het tarief dat de Belgische Staat voorziet. De verdelers van die producten mogen echter wel – als ze dat wensen – een prijs aanrekenen die lager ligt dan het officiële tarief.
De evolutie van de brandstof- en stookolieprijzen volgt die van de petroleumkoersen
Algemeen kunnen we stellen dat er ook een verband is tussen de evolutie van de brandstofprijzen en die van de prijs voor huisbrandolie. Los van een mogelijke lichte vertraging in de tijd, zien we dat die evolutie globaal gezien de curve volgt van de prijzen voor ruwe olie, en meer bepaald die van de Brent uit de Noordzee, de ruwe olie die in Europa als referentie geldt. De waardebepaling van ruwe olie op de markten, de olie die de grondstof vormt voor zowel huisbrandolie, diesel als benzine, beïnvloedt rechtstreeks en dagelijks de prijzen voor motorbrandstoffen en verwarmingsbrandstoffen.
Brandstoffen en stookolie: verschillende taksen
Welke zijn nu de verschillen tussen de evolutie van de prijs voor brandstoffen en die van stookolie? Voor een beter inzicht is het handig om te weten hoe de tarieven precies in elkaar zitten.
Als we kijken naar de prijs voor huisbrandolie, merken we dit:
- de prijs voor het product ex-raffinaderij, de grondstof dus bij manier van spreken, is goed voor ongeveer 68 % van de stookolieprijs die u wordt aangerekend;
- de marge en de distributiekosten, die dienen voor de financiering van het stookolievervoer en als vergoeding voor de leveranciers, bedraagt om en bij 11 %;
- de bijdragen, accijnzen en btw tot slot vertegenwoordigen iets meer dan 20 %.
Als we nu de prijs voor diesel onder de loep nemen, merken we dat de prijs niet op dezelfde manier is samengesteld:
- hier vertegenwoordigt de prijs van het product ex-raffinaderij maar 34 % van de totaalprijs;
- het zijn de accijnzen en de bijdragen die het zwaarst doorwegen in de opbouw van de dieselprijs, nl. ongeveer 38 %, en dan moet er nog eens 17% btw bovenop worden gerekend.
Het aandeel van de verschillende taksen die de Staat heft, is dus groter bij motorbrandstoffen. Dat verklaart meteen waarom die producten per liter zoveel duurder zijn dan huisbrandolie.
